Fruit

Is er nog plek over in de schooltuin? Dan is het misschien leuk om wat fruit te zetten. Veel fruit groeit aan bomen. Appels en peren bijvoorbeeld. Maar er zijn ook hele kleine plantjes met fruit. Heb je wel eens aardbeien geplukt? Die groeien heel laag bij de grond. Ook struiken kunnen hele lekkere vruchten hebben, zoals bramen. Er is zelfs fruit dat aan klimplanten groeit: druiven en kiwi's. Dat wordt nog moeilijk kiezen!

Appels en peren

boomgaard Dit fruit wordt veel geteeld in ons land. Soms heeft een fruitteler wel tienduizend boompjes in lange rijen staan! Daar rijdt hij met zijn tractor tussendoor om zijn werk te doen. Snoeien bijvoorbeeld. En in het voorjaar besproeit hij de bomen met water. Zo beschermt hij de bloesem tegen nachtvorst. De eerste appels en peren kunnen aan het eind van de zomer geoogst worden.

Aardbeien

aardbei Een aardbei is eigenlijk een heel raar ding. Kijk er maar eens goed naar. Er zitten allemaal kleine gele pitjes op. Dat zijn ‘dopvruchtjes’. In elk vruchtje zit een zaadje. De aardbei zelf is helemaal geen vrucht. Het is de opgezwollen bodem van een bloem. Daarom wordt de aardbei ook wel een schijnvrucht genoemd. De meeste aardbeien kun je trouwens niet zaaien. Dat kan alleen met de bosaardbei. De andere aardbeien moet je planten. Dat doe je meestal in augustus. In de daaropvolgende zomer zitten er dan heerlijke aardbeien aan.

Bramen en frambozen

braam De braam en framboos zijn familie van elkaar. Dat kan je goed zien als je naar hun vruchten kijkt. Die bestaan namelijk bij allebei uit een heleboel op elkaar geplakte vruchtjes. Het worden daarom ook wel verzamelsteenvruchten genoemd. Het woord ‘steen’ slaat op de harde pitjes die erin zitten. De kleur van de vruchten is natuurlijk wel verschillend. De braam heeft blauwzwarte vruchten en de framboos rode.

Druiven en kiwi's

kiwi De druif en de kiwi zijn sterke klimplanten. Ze houden allebei van warm, zonnig weer. In Nederland is het eigenlijk een beetje koud voor ze. Toch kunnen de druif en de kiwi hier goed groeien! Ze hebben daar alleen wel een beschutte, zonnige plek voor nodig. Ze kunnen dan meters hoog klimmen. De druiventrossen zijn aan het begin van de herfst rijp. De kiwi's kun je beter zo lang mogelijk laten hangen. Als het gaat vriezen moeten ze van de plant af. Je kunt de vruchten dan in huis verder laten rijpen.

Wist je dat?

kiwivogel De vrucht kiwi is vernoemd naar de kiwivogel. Dat is een vogel die alleen in Nieuw-Zeeland voorkomt en erg op het fruit lijkt.

toon extra informatie voor docenten

verberg extra informatie voor docenten

Informatie voor docenten

Fruit hoeft niet altijd veel plaats in te nemen. De aardbei kan eventueel in potten worden geteeld. En frambozen en bramen kunnen, mits goed geleid, als een leuke afscheiding dienen voor de moestuin. Ook aalbessenstruiken vormen een mooie haag. De oogst hiervan valt echter grotendeels in de zomervakantie waardoor de kinderen er niet veel plezier aan zullen beleven. De druif en kiwi gaan vooral de hoogte in. Daar zal uiteraard wel een voorziening voor moeten worden gemaakt.

Aardbeien

De aardbeienteelt begint over het algemeen op een geheel ander moment dan veel groenteteelten. De planten worden meestal rond augustus in de grond gezet, overwinteren op het bed en dragen dan in de zomer vruchten. Daarnaast hebben aardbeien redelijk veel verzorging nodig. Een belangrijke voorbereiding is het bemesten van de grond, om een flinke oogst te verkrijgen. Na het planten zal vooral veel aandacht moeten worden besteed aan onkruidbestrijding. Vaak wordt daartoe de grond afgedekt met plastic of worteldoek. Anders moet er flink worden geschoffeld. Een wat natuurlijkere grondbedekking is stro. Het afdekken van de grond is ook nodig om de aardbeien droog te houden. Ze zijn namelijk vrij gevoelig voor vocht en rotten gauw. Maar alle zorgen worden uiteindelijk natuurlijk wel beloond met heerlijke vruchten. Een uitgebreide teeltbeschrijving is onder andere te vinden op de website Neêrlands Tuin.

Framboos en braam

Zowel de framboos als de braam zijn heesters die geleid moeten worden. De framboos vormt namelijk slappe takken die wel wat steun kunnen gebruiken. En de braam verandert ongeleid in een warrige massa waarvan het nog maar moeilijk plukken is. Er zit dus wel wat werk in deze vruchtenstruiken. Wat meer informatie over snoeien en leiden vindt u onder andere op de website Tuinkrant.com. Van de frambozen bestaan soorten met een vroege en een late bloei. Bij de vroege soorten valt de oogst deels in de zomervakantie. Een herfstframboos is voor de schooltuin daarom wellicht een betere keus. De meeste bramenrassen zijn rijp rond het eind van de zomervakantie. Overigens bestaan er tegenwoordig doornloze bramenrassen, zoals de Rubus ‘Thornless Evergreen’.

Druif en kiwi

De druif en de kiwi gedijen het best in wat warmere streken maar ze kunnen het Nederlandse klimaat goed aan. Dat geldt zeker voor de druif. Er bestaan enkele rassen die hier een rijke oogst opleveren, zoals de ’Boskoop Glory‘. De kiwi kan het vooral als hij jong is nog wel eens moeilijk hebben met de vorst. Maar als hij ouder wordt kan hij er goed tegen. Met de milde winters van de laatste jaren is de kiwi zeker de moeite van het proberen waard. Alleen zullen de vruchten niet volledig kunnen rijpen aan de plant. Bij de meeste rassen zijn voor de vruchtdracht een mannelijke en een vrouwelijke plant nodig. Er zijn tegenwoordig echter ook rassen verkrijgbaar waarbij een enkele plant voldoende is. Zowel de druif als de kiwi zullen regelmatig gesnoeid moeten worden om de planten in toom te houden en een goede vruchtdracht te bevorderen. Meer informatie vindt u hier voor de kiwi en hier voor de druif op de website Neêrlands Tuin.